Een paar zinnen uit de flaptekst: ‘De verteller ontmoet in het vliegtuig van Parijs naar Londen Chloé, op wie hij verliefd wordt. Dat leidt tot een essay over kansberekening. Wie verliefd is gelooft algauw in een lotsbestemming. Maar hoe groot was de kans werkelijk dat de verteller uitgerekend op deze vlucht, op deze dag in de stoel naast Chloé kwam te zitten?’
Ik had me kort daarvoor beziggehouden met het toeval en ik had een gedicht gemaakt waarin dat een grote rol speelt. Zelfs mijn eigen bestaan berust op gebeurtenissen die heel makkelijk anders verlopen hadden kunnen zijn. Al naar gelang je religieuze instelling of niet, kun je dit herleiden tot puur toeval, het lot, of een god die af en toe met een kleine beweging van een caleidoscoop de gekleurde stukjes van vele levens herschikt. Mijn aandacht was gewekt. En ik heb er geen spijt van gehad dat ik dit boek heb gelezen.
Roman staat er op de kaft. Enerzijds is het een roman, het verhaal van de ik-verteller die na een korte ontmoeting verliefd wordt, een liefde die beantwoord wordt, en zich ontwikkelt zoals wel meer liefdes. Dat deel is een klassiek verhaal met een hoofdpersoon met een literair conflict. Hij is zonder Chloé, maar wil een leven met haar en tot de dood hem scheidt. Er kunnen tegenspelers zijn die dit streven in de weg staan, er zijn ups en downs en ten slotte slaagt de held uit het verhaal, of niet. Roman dus. Alleen is de verteller ook filosoof en heel regelmatig doet deze een stap terug om na te denken en de gebeurtenissen in een breder perspectief te plaatsen. Dat zijn essayistische mini-opstellen over de liefde, over hoe verliefde mensen handelen.
Het begint met een betoog over de kans dat de ik en Chloé naast elkaar in dat vliegtuig komen te zitten. De aanloop neemt de verteller niet eens mee in zijn sommen; dat de ik een paar dagen eerder klaar was met een opdracht in Bordeaux en besluit zijn in Parijs wonende zus op te zoeken, en dat zij op het laatste moment een reis moet overnemen van een zieke collega. Haar oorspronkelijke vlucht mist ze doordat ze bij vertrek uit het hotel merkt dat een fles shampoo in haar tas heeft gelekt. Ze maakt schoon, pakt haar tas opnieuw in en start zo wat later om vervolgens met de taxi in een file terecht te komen. Anders had ze haar eerdere Air France vlucht wel gehaald, nu boekt ze over op de British Airways vlucht waarmee de ik vliegt. Alleen al de kans dat twee mensen in een toestel met 191 stoelen naast elkaar komen te zitten, vermenigvuldigd met zes vluchten, leidt tot een kans van één op bijna zes miljoen.
Het gesprek klikt, ze ontdekken overeenkomsten, zij heeft snel door waarover hij het heeft, maakt zelfs zijn zinnen af. Het verliefde gevoel overvalt hem dat je iemand onbewust altijd al kende. Voor elkaar voorbestemd waren en dat dit op een dag móest gebeuren.
Terwijl het verhaal verdergaat, ze bellen, gaan uit eten, gaan ook de beschouwingen door. Bijvoorbeeld over het feit dat de verliefde zijn of haar eigen identiteit opgeeft voor een persoonlijkheid die hopelijk bij de ander in de smaak zal vallen. In het verhaal geïllustreerd door een dialoog over het al dan niet bestellen van wijn. Hij vraagt of ze wijn wil, zij retourneert de vraag: wat wil jij? Via een paar pogingen de ander te laten zeggen wat die wil, besluit zij dat zij water neemt. Waarop hij daarin meegaat, terwijl hij achter haar een groot schoolbord kan zien waarop de smakelijkste wijnen staan.
Er is veel te herkennen. De ruzies die over dingen gaan die je van elkaar zou moeten kunnen verdragen en waarvan de verteller-filosoof zegt dat de verliefde, als het eerste doel is bereikt, ontdekt dat er verschillen zijn tussen het ideaalbeeld en de werkelijkheid. Verschillen die hij of zij in de ander probeert de veranderen. Evenzoveel pogingen om de werkelijkheid te duwen en persen in de ideale mal. Er komt veel ter sprake, meer dan ik hier kan of wil vertellen; er moet ook wat te lezen en te ontdekken overblijven. Interessant vond ik de stelling dat mensen die wat afstandelijker bevriend zijn, vaak beschaafder met elkaar omgaan. Dat het feit dat de geliefden elkaar ook naakt kennen, een vlies wegtrekt dat de mens weerhoudt van fout gedrag.
Ik zou niet iedereen die schrijft aanraden om zulke dubbele romans te schrijven. Lang niet iedereen heeft een filosofische achtergrond. Wel is het interessant om je af te vragen: wat gebeurt hier eigenlijk? Hoeveel er dan uiteindelijk in het verhaal doorsijpelt, is een volgend chapiter; de vraag stellen is al van groot belang.
De roman is nog te koop in een Atlas-uitgave van tien euro.