Tag Archives: Renate Dorrestein

Renate Dorrestein, Zeven soorten honger

31 aug

Renate Dorresterin - Zeven soorten honger_Dx2

Al vanaf de eerste roman die ik van Renate Dorrestein las weet ik dat zij voor ongewoon leesplezier zorgt. De neiging om stukken tekst voor te lezen aan wie ook maar in de buurt is valt slechts met moeite te bedwingen.

Het verhaal en de omstandigheden zijn niet alledaags. Gelukkig maar, want waarom zou je een alledaags verhaal willen lezen? Goed, ik weet wel dat zich binnen het alledaagse grote dingen kunnen afspelen, maar ook dan begint het verhaal pas te lopen als er iets bijzonders gebeurt. Bij Dorrestein zijn beide elementen waar. Haar laatste roman gaat over Nadine en Derek, al jaren getrouwd en partners in een project. In een ruim en fraai pand aan de rand van de duinen ontvangen zij mannen uit de bovenste laag van de bevolking die zichtbaar te zwaar zijn geworden. Bekende Nederlanders en mannen met flinke bankrekeningen. Het idee dat ze hun cliënten via een afslankregime op een streefgewicht willen krijgen werpen ze ver van zich af. Nee, het gaat om levensstijl, om een mindset. Cultuur vormt daarin een sterk element, naast een strikt dieet en een fitnessprogramma. Wie meedoet is sterk gemotiveerd en voor zover dat niet van binnenuit komt, dan toch zeker wel omdat er voor een boeteclausule is getekend: wie voortijdig opgeeft verspeelt een vol jaarinkomen.

Hoewel de setting ongewoon is zou ook zo’n onderneming rimpelloos kunnen verlopen, te rimpelloos voor een verhaal. Maar op de eerste dag van het verhaal leren we al dat Nadine een geheim heeft, iets wat groter wordt naarmate ze het langer verzwijgt. In het begin was het dringen in het instituut, maar langzaamaan lijkt de strategie van William Banting zijn aantrekkingskracht te verliezen. Onder het lezen ga ik niet naar het internet. Nu wel, en die William Banting blijkt de eerste die een klein boekje schreef over obesitas, namelijk in 1863. In Zeven soorten honger is veel plaats voor fantasie, maar er zijn dus ook verbindingen met de werkelijkheid. Twee wendingen geven extra vaart aan het verhaal: Nadine ziet zich verplicht een zwerver op te nemen en een belangrijke gast komt alleen op voorwaarde dat hij zijn dochter mag meenemen. Bij haar is ook een verschil van tientallen kilo’s tussen haar ideale gewicht en het huidige. Voor de geheimzinnige zwerver is een verhaal nodig en wat de dochter aangaat, zij is de eerste vrouw in het instituut en ze zit niet twintig kilo bóven haar ideale zestig kilo, maar daaronder. Om de problemen verder te benoemen, Derek is naar Reykjavik voor een congres en ook hij heeft een geheim.

Uit deze en meer ingrediënten smeedt Dorrestein een verhaal dat je, voor zover de tijd het zou toelaten, in een adem uitleest. In die tijd ben je in een aparte maar levendig beschreven wereld terecht gekomen. In die wereld gaat het ook over dingen die er toe doen, liefde en slijtage, verzwijgen met de beste bedoelingen, wat je opzij schuift om te overleven, vertrouwen en de verplichtingen die dat met zich meebrengt. De personages mogen in dit verhaal optreden in bijzondere omstandigheden, ze blijven mensen met alle veelzijdigheid die daar nu eenmaal bij hoort.

Aan het eind had ik wel een paar vragen over. Hoe is het eigenlijk met Hedwig, het toch wel sympathieke gratenbaaltje, afgelopen? En nog een paar kleinigheden. Ik geef toe dat het een bewuste keuze kan zijn, om het verhaal op hoofdlijnen af te ronden. Plichtmatig alle losse eindjes afronden terwijl de lezer weet dat het verhaal is afgelopen, kan ook overkomen als een verplicht nummer.

Ik ben blij met de uren leesplezier die Renate Dorrestein mij heeft bezorgd na al haar schrijven, redigeren en corrigeren. Al spat het schijfplezier er vanaf, helemaal in één vloeiende beweging schrijft niemand. Wie meer wil weten over het schrijven, moet vooral haar boek Het geheim van de schrijver lezen.

Advertentie

Renate Dorrestein, Een nacht om te vliegeren

21 okt

Renate Dorrestein - Een nacht om te vliegeren-283x292Door haar eerste roman, Buitenstaanders, was ik direct gewonnen voor Renate Dorrestein. De twee woorden die me te binnen schieten zijn fantasie en duister. Het eerste voor een rijke fantasie die graag de niet alledaagse kant op gaat, en het tweede voor de duistere kanten die bij sommige personages, gewild of ongewild de overhand krijgen.

Een nacht om te vliegeren moet je met aandacht lezen om niet de draad kwijt te raken. Toch lijkt de opzet heel overzichtelijk, het is een midzomernacht, het verhaal begint om 18:00 uur, het volgende hoofdstuk speelt tussen 19:00 en 20:00 en het laatste hoofdstuk draagt als titel 03:00. Hoeveel meer chronologie kun je wensen? Maar zoals niemand een dag leeft zonder dat het verleden daarop invloed heeft, zo hebben ook de verschillende personages een verleden dat hun daden tijdens de langste nacht mede bepaalt. In flashbacks krijgt de lezer iets mee van dat verleden. Het zijn vaak korte herinneringen, gedachteflitsen, waardoor het lang duurt voor je daaruit een samenhangend verhaal kan maken, en zelfs dan blijf je als lezer zitten met blinde vlekken.
Zonder de roman kort na te vertellen en daarmee het leesplezier weg te nemen voor wie eraan wil beginnen, toch iets over het verhaal. Op de eerste bladzijde komt negentienjarige Linde surfend over een flink meer aan bij een danig uit de kluiten gewassen huis. ‘Wie het huis voor het eerst zag, moest onwillekeurig denken aan een prehistorisch wezen dat zich tegen de flank van de heuvel te slapen had gelegd. Als men het naderde schubden er op onvoorspelbare plaatsen draconische torens tevoorschijn en werden lage uitbouwen zichtbaar, die als ontspannen ledematen langs de helling hingen.’ Dit zijn de eerste twee zinnen. Het huis is pas twintig jaar oud, gebouwd met het geld van een ondernemer die rijk geworden was met een soort superklutser voor in de keuken. Het ontwerp was van zijn echtgenote en net als zij, wild, hartstochtelijk en onstuimig.
Linde is te logeren gestuurd naar deze oom en tante., Ze heeft een schandelijk akkefietje achter de rug, haar ouders denken dat ze er eens uit moet en dat ze leuk zou kunnen opschieten met haar nichtje Asa, hoewel die vier jaar jonger is, wat op die leeftijd een flink verschil is. Al gauw verschuift het perspectief naar Asa die verschillende drama’s achter de rug heeft, het verlies van haar broer Alex en een stel verminkingen die het einde betekenden van haar rol als lief, bevallig meisje. Ze heeft zich in het hoofd gezet dat de vader de schuld van alles is. Alex is niet dood denkt ze, maar door de eisen van haar vader was hij gedwongen het huis te verlaten. Dat is nu vijf jaar geleden, maar hij zal zeker terugkomen. Wat er precies is gebeurd is niet helemaal duidelijk, omdat de herinneringen van Asa verre van betrouwbaar zijn. Ze waren aan het vliegeren en het huis had en heeft een balkon waarvandaan je heel goed vliegers kan oplaten. Het vliegeren kun je heel goed als een metafoor opvatten. Asa laat verschillende keren vallen dat deze midzomernacht heel geschikt is om te vliegeren.
De moeder is na het verlies van Alex nooit meer de oude geworden, al kan je bij wat dan wel ‘de oude’ was ook kanttekeningen zetten. De vader probeert alles, zijn gezin en zijn talloze relaties, bij elkaar te houden. Wat bepaald niet meevalt met de wraakzuchtige Asa die vast besloten is het jaarlijkse midzomernachtfeest drastisch te verstoren. Onder andere door de verzameling reptielen en slangen los te laten. En om Linde onschadelijk te maken. Terwijl Linde probeert op vriendschappelijke manier met Asa om te gaan, zich ook zorgen maakt over de moeder, haar tante, ziet Asa haar alleen als iemand die tussen haar vader en moeder tracht te komen. En haar vader die zich gedraagt als de beesten valt daar als een blok voor. Hier moet Asa optreden. Hoe dat ten slotte afloopt voor Linde is niet echt duidelijk. Goed, zou ik hopen, want zij leek mij een goede ziel te hebben. Inzicht in de vader kreeg ik niet en de twee andere hoofdpersonages hebben een verstoord beeld van de werkelijkheid. Bij de moeder leidt dit tot inertie en bij Asa tot een dadendrang die je op zijn allerzachtst ‘fout’ zou kunnen noemen.
Dan is er het personeel, een paar dozijn mensen, waarvan het hoofd van de keuken diezelfde avond bevalt van een zoontje, en waarvan de rest zeer ontevreden is over de werkomstandigheden. Wat ze ook laten merken.

Slangen en kaaimannen die dankzij Asa in de tuin terechtgekomen zijn, zorgen voor een chaos die behoorlijk uit de hand loopt. Voor de zekerheid keek ik nog op de achterflap, maar nee, ik heb niet meer prijsgegeven dan wat er in de flaptekst staat. Om te weten wat er gebeurt en vooral om je een beeld te vormen van de verschillende personages moet je het boek lezen en eigenlijk gelijk ook maar herlezen. Dan vallen allerlei kleine hints op hun plaats omdat je ze in verband kan brengen met wat je al weet van de eerste keer lezen. De tweede lezing is daarom niet een herhaling, maar een mooie aanvulling.